Zestig.
Het
is wat.
Ik
ben gisteren verjaard.
Het
rijmt op bejaard maar dat is puur toeval, vermoed ik.
Vroeger
dacht ik altijd dat je geen tanden meer zou hebben op je zestigste,
jarenlang heb ik met hand en tand, -begrijp nu ook waarom het woord
tand- mij verzet tegen alle vormen van slecht onderhoud aan mijn
gebit, kortom met de hand poetste ik de tand, inmiddels elektrisch.
Ooit had ik, jaren geleden (ik zeg niet toen ik jong was, dat klinkt
zo zestig) een vals gebit in een glas gezien. Ik vond dat erg, heel
erg zelfs, een schrikbeeld voor mijn toekomst. Dat nooit, heb ik toen
gedacht.
Dus
met die theorie, een gewaarschuwd mens telt voor twee, heb ik mijn
gebit zorgvuldig, altijd tot in de puntjes, verzorgd. De tandarts is
blij met mij.
Er
zijn ook bepaalde woorden die men graag uitspreekt bij het getal
zestig, zoals het woord ouderdom. Als je een kleine analyse toepast
-de lettergreep- dan staat er ouder en dom. Kijk, dat is een joekel
van een vooroordeel en omdat ik niet van vooroordelen houd zal ik
dat woord niet in mijn vocabulaire opnemen.
Schrappen
gewoon.
Zestig.
Even
dacht ik een paar jaar geleden dat het anders zou lopen, en ik sta
daar niet te lang bij stil maar met het gegeven dat ik er ben en kan
zeggen 'hallo wereld, hier ben ik,' ja, ik kan zeggen dat ik heel
dankbaar ben, iedere dag.
Zestig.
Geef
je een feest, verzoekt de mens om mij heen.
Nee,
mensheid, een feest doe ik niet. Omdat iedereen dat doet, doe ik het
niet. Op mijn negenenveertigste levensjaar heb ik een leuk feest
gehad, en zo ook op negenenvijftig. Ik vind negen een mooi getal dus
ik ga voor de negenenzestig.
Een
aardig streefgetal.
Zestig.
Een
lijf van zestig, waarvan de beentjes al die jaren meetrippelen op
deez' aard.
Ik
merk dat de knietjes af en toe niet willen. Dat vind ik naar.
Misschien teveel dansjes gemaakt, wie weet.
Daarom
wilde ik deze week de kunstknie als geschenk, voor in
de disco maar daar heb ik maar van afgezien, dat schijnt ook niet
alles te zijn, die kunstgewrichten.
Bewegen
is goed voor je, zegt men in de bladen en gelukkig maakt dat mij erg
gelukkig. Trouw volg ik de lessen bij de balletdanser en fiets op
mijn mountainbike met superbanden. En een dansje zo af en toe voor de
lol. Goed voor de gezondheid- belangrijk voor iedereen- dus toch maar
weer de broccoli met het visje van de markt.
Zestig.
Is
dat oud of jong?
De
NS biedt je als zestiger, kortingskaartjes aan, ok, dat is te
accepteren. Maar het kan ook zomaar gebeuren dat iemand in tram, bus
of trein jou een plaats aanbiedt.
Wilt
u zitten mevrouw, vraagt de ander.
En
dan voel je het.
Zestig.
Daarom
ben ik tot de strategie gekomen, dat ik niet naast iemand ga staan
die minder jaren heeft. Altijd meer, dan kan je nog zo'n vriendelijk
knikje geven zo van, blijf jij maar zitten.
Zestig.
Ik
ben er blij mee.
Vandaag
mijn tweede dag.