dinsdag 20 december 2011

Kerstengel

Laatst was ik aan de andere kant van de oceaan en op een avond zouden wij een concert gaan beluisteren. Het was een koude avondlucht, die verlicht werd door lichtjes, sterren en de maan.
En ineens stond ze daar. 
Naast mij. 
Ze wachtte ook op het voetgangerslicht om over te steken.
Het licht stond op rood en kleurde haar rode avondjurk nog feller. Naast mij stond ze, een dame van minstens negentig jaar. Haar witte schoentjes met hakjes stonden -klaar voor de start- om te gaan tikketakken...
Er zaten glittertjes op haar schoentjes die schitterden in het avondlicht. Aan haar arm bungelde een wit laktasje, zo eentje die je nog alleen vindt in de tweedehandswinkel.
Ik vergat op het stoplicht te letten door deze fraaie verschijning.
Haar haren waren zilvergrijs en in de mooiste krullen gedraaid. Erop danste een grappig rood hoedje. Ogen met wat blauw versierd en rode lippen, als haar avondjurk zo mooi. Het witte bontje op haar schouders was de enige bescherming tegen de kou.
Daar stond ik in mijn winterjas met das tegen mijn neus gedrukt naast haar en ik voelde mij een vreemde eend in de bijt.
In haar oren hingen parels, en de oorlellen leden onder het gewicht van de bellen. 
Mijn mond was inmiddels open gevallen van verbazing. 
Zo mooi was deze Assepoester op leeftijd.
Het stoplicht veranderde van kleur en haar voetjes trippelden het zebrapad op.
-Tikke tak, tikketak-, hoorde ik. 
Ik vergat bijna zelf te lopen, zo had zij mij betoverd met dit geluid.
De hakjes tikten als een concert op de stenen, haar tasje bungelde op de maat heen en weer en de dame glimlachte.
Ik heb nooit in sprookjes geloofd maar nu twijfelde ik even. 
Dit was toch een sprookje!
Op weg naar het concert, vermoedde ik en ze had er zin in, dat zag je. 
Hoeveel uur zou ze aan deze outfit hebben besteed? Deze moedige, mooie vrouw alleen, zonder een man aan haar zij, liep parmantig richting concertzaal. 
Ineens wenste ik dat het kerstmis was; het had moeten sneeuwen, gewoon voor het plaatje.
Zij was een kerstkoningin in oktober, deze oude dame met veel klasse. 
Stralend en elegant schreed zij voort.
Waarom zei ik niet eventjes, zoiets van - wow, you look beautiful!-.
Een compliment had ik willen geven, haar willen verblijden.
Ik deed het niet.
En dat is toch jammer.
In de concertzaal tuurden mijn ogen naar deze dame maar ik was haar kwijt.
Tonen van violen bereikten mijn oren en net even toen er een stilte viel, ging er een deur open, boven op het balkon. Ze verscheen als een koningin, mijn dame in het rood, en betoverde wederom.
Mijn stralende, schitterende kerstengel voor dit jaar.
Ik moest vandaag aan haar denken.













woensdag 7 december 2011

Storm

Wijdbeens beweegt de vrouw zich voort in de harde wind, haar veel te wijde spijkerbroek wappert woest om haar benen. 'Je waait nog van je geloof af!' roept ze mij toe.
Ik lach want zoiets heb ik nog nooit gehoord.
De wind is hard vandaag, een enorme windkracht stormt voorbij.
Ik houd van dit weer.  
Binnen in mijn huis hoor ik de storm fluitend en fladderend vliegen om mijn huis. De straten worden schoon geblazen, de bladeren en rommel weggewaaid naar een andere plek. Ik ben altijd benieuwd waar alles dan weer terecht komt, als de storm gaat liggen. 
Als ik buiten loop kriebelen mijn haren in mijn gezicht en kleven aan de zoute natte tranen die over mijn wangen rollen. Kinderen gillen bij het oversteken en de wind waait woest.
Ik zie een vrouw lopen die ik ken en die op mijn verjaardag jarig is, dat weet ik toevallig en ooit zat haar dochter in mijn klas. Ik heb haar al een tijd niet gezien maar weet dat H. erg ziek is. We zeggen elkaar gedag en maken een praatje.
Zomaar net voor het boodschappen doen in de supermarkt.
H. is nog steeds ziek. Ze weet dat ze snel dood zal gaan en ze vertelt over al haar verlies van wat ze leuk vond en niet meer kan. Haar kuren en medicijnen want anders stond ze hier niet. Ze weet dat ze iedere dag moet plukken en dat het soms niet meevalt. En nee, ze is niet bang voor de dood, ze heeft zelfs al alles geregeld. Ze spreekt heel kalm. Het leven is wat korter zegt ze, dus elke dag ervan genieten, spreekt ze mij toe. 
Ze is vrolijk ook al heeft ze veel pijn als ik met haar praat.
Ze gaat pizza's kopen, zegt ze omdat ze daar zin in heeft en vanavond gaat ze onder de zonnebank want dat is zo lekker warm, ze geniet daarvan.
Haar leven duurt niet lang meer dus vandaar. En voor elke dag is ze dankbaar.
Genieten moet je, zegt ze nogmaals.
We praten nog wat meer.
Dan zeg ik haar gedag en ja, wat zeg je dan? Tot gauw? 
'Dag lieverd,' zei ik en wrijf mijn hand over haar rug.
'Pluk de dag,' zegt H. 'voor je het weet waait het leven weg,'  zegt ze lachend.
Die H.
Die weet wat positief handelen is.
Ik loop in gedachten de winkel in; het gesprek heeft veel indruk op mij gemaakt.
Runderlappen, denk ik. Daar heb ik trek in. Doen waar je zin in hebt, spreek ik mijzelf toe.
Ook al weet je dat, ik vergeet het gauw.
We zien elkaar nog even bij de kassa als we tegelijk klaar zijn met onze boodschappen. De pizza's legt ze op de band.
De runderlappen en de broccoli pak ik uit mijn mandje. 'Lekker gezond doe je', zegt ze en we lachen samen, H. en ik. 
En weg is H.
Ik loop naar huis en ik ben niet van mijn geloof weggewaaid, in tegendeel het geloof in het leven is groter geworden.
Morgen pluk ik de dag.
Met dank aan H.









dinsdag 6 december 2011

Nieuw bed

De acroniem LAT, 'Living Apart Together' is bij meneer LAT en mij een prima uitvinding. We houden van elkaar en de relatie is van goede kwaliteit, vinden wij beiden.
Dus dat zit goed.
Deze week waren meneer LAT en ik meer 'together' dan 'apart' aan het 'liven' omdat we veel afspraken hadden van maandag tot en met vrijdag dus besloten we de formule -we zien elkaar in het weekend- te veranderen in -we zien elkaar deze week én het weekend- en zo geschiedde. 
En dat is toch anders. 
Meneer LAT is een prima slaper en soms snurker, wat woest in het slaapgedrag en zeker betreft de draai, van de rug naar de zij. Dat gaat gepaard met een ferme kracht. Het went, zo aardverschuiving naast je maar deze keer ging het een en ander mis. In de nacht zag ik in de schemer van de maan meneer LAT duwen tegen mijn matras aan zijn kant. Het matras lag sinds korte tijd op de boxspring, dat had ik afgekeken uit de IKEA catalogus, een constructie van een gestapeld geheel van de boxspring en het matras als bed.
Maar er ging nu wat mis. Het matras leek als een aardkorst laag van de boxspring af te schuiven bij iedere draai die er werd gemaakt door meneer LAT. 
Zeg maar gerust een lijfbeving en zo werd het bijna een feit dat meneer op de grond belandde.
Dat was niet de bedoeling.
De LAT relatie van goede kwaliteit was toe aan een bed met een lattenbodem, om zo maar even onze gesprekken samen te vatten. 
IKEA verwelkomde ons door de draaideur en meneer LAT versnelde zijn pas richting lattenbodem's en bedden. 
Ik volgde.
Voor het eerst in mijn leven zocht ik een bed uit, zo'n ombouw of karkas, hoe je het noemen wilt. De lattenbodem's waren snel uitgezocht en voor ik het besefte stond ik met de VISA card bij de kassa mijn eerste echte bed af te rekenen. O, ja, meneer LAT wilde er ook nog een leuk nachtkastje bij, ook een ding wat ik nog nooit heb gehad, dus ik wilde dat geval ook niet.
Ik heb zo mijn kleine bijzettertje waar het een sport is om mijn wekkertje, lampje en glas water bij elkaar te zetten zonder dat er iets af valt. Ach, zo heeft ieder zijn voorkeur.
Kastje erbij, bedkarkas  en twee keer een lattenbodem, BILLY ook nog, altijd handig al wist ik nog niet waar ik die kast zou neerzetten. En nog een tafeltje.
De IKEA bezorgdienst zou het 's avonds al brengen.
We reden terug met zoon en zo werd het een weekend van IKEA-knutselen.
Er ontstond een echt bed met aan één kant een echt nachtkastje.
De boxspringen werden verwijderd uit mijn pand.
Het was gezellig met meneer LAT, de week en het weekend. Onze LAT is ook nog IKEA proof stelden we vast toen we in het echte bed met lattenbodem en matrassen lagen.
Meneer LAT sliep als een roosje. 
Mevrouw LAT was gelukkig met haar echte bed.
Het leek wel een sprookje.
En zo kwam alles weer goed.
En ze LATTEN nog lang en gelukkig.