woensdag 7 december 2011

Storm

Wijdbeens beweegt de vrouw zich voort in de harde wind, haar veel te wijde spijkerbroek wappert woest om haar benen. 'Je waait nog van je geloof af!' roept ze mij toe.
Ik lach want zoiets heb ik nog nooit gehoord.
De wind is hard vandaag, een enorme windkracht stormt voorbij.
Ik houd van dit weer.  
Binnen in mijn huis hoor ik de storm fluitend en fladderend vliegen om mijn huis. De straten worden schoon geblazen, de bladeren en rommel weggewaaid naar een andere plek. Ik ben altijd benieuwd waar alles dan weer terecht komt, als de storm gaat liggen. 
Als ik buiten loop kriebelen mijn haren in mijn gezicht en kleven aan de zoute natte tranen die over mijn wangen rollen. Kinderen gillen bij het oversteken en de wind waait woest.
Ik zie een vrouw lopen die ik ken en die op mijn verjaardag jarig is, dat weet ik toevallig en ooit zat haar dochter in mijn klas. Ik heb haar al een tijd niet gezien maar weet dat H. erg ziek is. We zeggen elkaar gedag en maken een praatje.
Zomaar net voor het boodschappen doen in de supermarkt.
H. is nog steeds ziek. Ze weet dat ze snel dood zal gaan en ze vertelt over al haar verlies van wat ze leuk vond en niet meer kan. Haar kuren en medicijnen want anders stond ze hier niet. Ze weet dat ze iedere dag moet plukken en dat het soms niet meevalt. En nee, ze is niet bang voor de dood, ze heeft zelfs al alles geregeld. Ze spreekt heel kalm. Het leven is wat korter zegt ze, dus elke dag ervan genieten, spreekt ze mij toe. 
Ze is vrolijk ook al heeft ze veel pijn als ik met haar praat.
Ze gaat pizza's kopen, zegt ze omdat ze daar zin in heeft en vanavond gaat ze onder de zonnebank want dat is zo lekker warm, ze geniet daarvan.
Haar leven duurt niet lang meer dus vandaar. En voor elke dag is ze dankbaar.
Genieten moet je, zegt ze nogmaals.
We praten nog wat meer.
Dan zeg ik haar gedag en ja, wat zeg je dan? Tot gauw? 
'Dag lieverd,' zei ik en wrijf mijn hand over haar rug.
'Pluk de dag,' zegt H. 'voor je het weet waait het leven weg,'  zegt ze lachend.
Die H.
Die weet wat positief handelen is.
Ik loop in gedachten de winkel in; het gesprek heeft veel indruk op mij gemaakt.
Runderlappen, denk ik. Daar heb ik trek in. Doen waar je zin in hebt, spreek ik mijzelf toe.
Ook al weet je dat, ik vergeet het gauw.
We zien elkaar nog even bij de kassa als we tegelijk klaar zijn met onze boodschappen. De pizza's legt ze op de band.
De runderlappen en de broccoli pak ik uit mijn mandje. 'Lekker gezond doe je', zegt ze en we lachen samen, H. en ik. 
En weg is H.
Ik loop naar huis en ik ben niet van mijn geloof weggewaaid, in tegendeel het geloof in het leven is groter geworden.
Morgen pluk ik de dag.
Met dank aan H.









Geen opmerkingen:

Een reactie posten